Mokkataart of gâteau

‘Wie in de keuken boter spaart, krijgt nooit een goede mokkataart!’

Ingrediënten mokkataart of gâteau:

Bereidingswijze:

• Roer de boter zacht, voeg de gezeefde poedersuiker en de dooier toe en roer verder tot de massa lichter van kleur en doffer is geworden.
• Los de poederkoffie in een eetlepel warm water.
• Meng deze – of twee eetlepels sterk koffie-extract – door de botercrème.
• Leg een laag lange vingers of, ouderwetser, puddingbiscuits (biscuits de savoie, vraag er je banketbakker naar) op een schotel, besprenkel ze royaal me kirsch en strijk de mokkacrème erop en er tussen.
• Leg er weer een laag biscuits op, zorg dat deze laag verspringt ten opzichte va nde andere laag.
• Besprenkel de biscuits weer met kirsch en strijk er weer mokkacrème op en tussen.
• Doe dit nog een derde keer, waarschijnlijk zullen de biscuits dan wel op zijn.
• Druk het geheel nu goed aan.
• Het restant mokkacrème strijk je op de bovenkant en aan de zijkant van de aldus gevormde gâteau.
• Garneren kan je de taart bijvoorbeeld met chocoladehagelslag, alhoewel die volgens iemand die het vergelijken kon, niet meer van de kwaliteit van weleer is.
• Misschien kan je beter chocoladerepen raspen ter garnering, of noga gebruiken, of noten, of simpel met een vork er groeven over en langs trekken.
• Laat de mokkataart een nacht opstijven op de koelste plaats van het huis, of wel met andere – vroegere – woorden: ’s Avonds bereiden en in de kelder plaatsen om des anderdaags te eten.Ook wel werden de biscuits en de mokkacrème laag  om laag gedaan in een biscuitblikje dat gevoerd was met perkamentpapier. Iets mokkacrème werd overgehouden om de gâteau naderhand te garneren. Op de bovenste laag mokka werd eerst ook weer een perkamentpapiertje gelegd, daarop kwam een kartonnetje en daarop iets zwaars. Zo overnachtte de taart in de kelder en anderdaags werd ze uit de vorm gelicht, het perkament werd verwijderd en het geheel werd gegarneerd met de achtergebleven crème.