Ingrediënten wenteleventjes:
Hoeveelheid: | Product: | ||
2 | eieren | ||
50 g | suiker | ||
1 mespunt | zout | ||
geraspte citroenschil | |||
1 tl | kaneel | ||
4 dl | melk | ||
een half oud wit brood | |||
boter |
Bereidingswijze:
- Kluts de eieren met de suiker, het zout, de geraspte citroenschil en de kaneel.
- Kluts de melk erbij.
- Snijd 10 tot 12 boterhammen van het brood en ontdoe ze van korstjes.
- Wentel ze stuk voor stuk eventjes door de eiermelk, leg ze op een stapel op een diep bord.
- Schenk de overgebleven eiermelk over de stapel en ook tussen de boterhammen.
- Bedruip de stapel met de eiermelk, die zich op het bord verzamelt.
- Ga zo door tot alle melk door het brood is opgenomen; zorg daarbij dat ook de boterhammen in het midden van de stapel voldoende week zijn.
- Bak de wenteleventjes of wentelteefjes in boter in de koekenpan aan beide zijden bruin.
Serveertip: Presenteer ze warm met witte basterdsuiker.