Kreeften en krabben

Met kreeften en krabben wisten ze vroeger goed raad. Ze dienden levend gekookt te worden. Daartoe werd veel water met 30 gram zout per liter aan de kook gebracht. Het moest flink borrelend koken en er diende voldoende zekerheid te bestaan dat het straks bleef koken. Dus het vuur werd extra opgepookt en bovendien werden er een of twee poken roodgloeiend gemaakt, mocht het water van de kook geraken, dan kon de pook als dompelaar fungeren.



De kreeften en krabben dienden met de kop naar beneden in het kokende water te worden geworpen. Ze diende onmiddellijk te verkleuren want, zo luidde de filosofie, kreeft is violet, violet bestaat uit rood en blauw, in het kokende water laat het blauw los en het rood blijft achter! Zeekreeften moeten 25 tot 30 minuten, rivierkreeften 8 tot 10 minuten en krabben 13 tot 20 minuten koken.




Rivierkreeften die na het koken een uitgespreide staart hebben, dienen weggeworpen te worden. Van goede rivierkreeften worden na het koken staartvin en darmkanaal in één beweging verwijderd. Rivierkreeften werden veel gebruikt om schotels te garneren, maar ook werden ze met boter gestoofd en opgediend met een peterseliesaus.




Een grootmoeder adviseerde in haar receptenschrift om er ragoût van te maken. Zij haalt het vlees uit de staarten, de scharen en de koppen van 12 tot 16 rivierkreeften, stooft die met kruim van witte brood, gehakte peterselie, zout, peper, boter en citroen, waarna ze de saus bindt met een paar eierdooiers.

Zeekreeften worden als ze gaar zijn in de lengte doorgesneden en de scharen worden gebroken, zodat ze heel schijnen en toch gemakkelijk  kunnen worden uitgehaald.

De beide helften worden weer tegen elkaar aan op sla gelegd en opgedist met gesmolten boter waardoor peterselie, of met een mayonaise (oliesaus).

Een waarschuwing ging erbij.

‘Sommige mensen krijgen er netelroos van en voor reeds overladen magen is het zeer ongezond’.

Krabvlees, dat losser is dan het vlees van kreeft ,wordt uit de scharen en de schaal genomen, al wat tot het ingewand behoort, wordt weggeworpen. Het vlees kan, hetzij warm, hetzij koud, met een salade en een botersaus of een oliesaus (mayonaise) worden genuttigd. Een ragoût ervan maken, behoort ook tot de mogelijkheden.